.
Niet zo heel lang geleden plaatste ik via Twitter onderstaande infographic met termen die een webdesigner gebruikt. Dat er veel belangstelling voor is bleek wel uit mijn twitterstatistieken.
Dat bracht me op het idee om webtermen die ik vaak gebruik op een rij te zetten.
Van het één kwam het ander, de lijst werd steeds langer!
En hij is nog steeds niet klaar.
In dit artikel deel 1 van verschillende webtermen.
De overige webtermen lees je hier >
Er is ook een e-book van gemaakt waar alle webtermen overzichtelijk bij elkaar staan.
Vraag hem hieronder aan.
.
404
De pagina die we te zien krijgen als “Pagina niet gevonden”. Een standaard error als de betreffende pagina niet (meer) gevonden kan worden. Dat er ook heel creatief omgegaan kan worden met deze 404 pagina bewijzen deze voorbeelden: Pinterest 404 pages
Above the Fold
Alles wat “Above the fold” zit is het zichtbare deel van je webpagina nadat deze geladen is. Je hebt nog niet gescrolled.
De term komt oorspronkelijk uit de krantenindustrie. De bovenste helft van de krantenpagina is een stuk meer zichtbaar (=waard) dan de onderste. Vouw een krant maar eens dubbel (met de komst tabloid ziet het er trouwens wel iets anders uit).
Accessibility
Dit gaat over de toegankelijkheid van een website voor mensen met een handicap. Het geeft aan hoe moeilijk, of juist makkelijk, het is om door de website te navigeren. Vooral belangrijk voor website van de overheid en zorg.
Analytics
Analytics is de verzamelterm voor het bijhouden van verschillende statistieken van een website. Google Analytics is een veel gebruikte. Deze meet o.a.:
- Aantal bezoekers per dag
- Gemiddelde bezoektijd op de website
- Gemiddeld aantal bezoekers per pagina
- Gemiddelde tijd op een pagina
- Gemiddeld aantal pagina’s per bezoek
- Aantal nieuwe bezoekers
- Bounce percentage (hoeveel haken er af na bezoek 1 pagina)
- Inzage bezoekersprofiel (m.b.v conversie op doelstellingen en bouncepercentage)
- Aantal doorlinks op de pagina
- Registratie van zoekwoorden op de site
- En nog veel meer..
Anchor
Een anchor is een hyperlink in de tekst die verwijst naar een bepaalde plek op de geopende pagina.
Klik je op een woord dan ga je direct naar de betekenis van het woord die lager in de pagina beschreven staat.
Back End
De back-end is de achterkant van de site. Hier kun je de site beheren.
Dit doe je met behulp van een Content Management Systeem (CMS).
Om in de back-end te komen heb je een inlogcode nodig.
De inlogcode bestaat uit een gebruikersnaam en een wachtwoord. Deze krijg je toegestuurd van de beheerder van de site.
Browser
Je opent een website, dat doe je met behulp van een browser. Het is een stuk software die dit mogelijk maakt.
Er zijn diverse soorten browsers beschikbaar: Internet Explorer, Mozilla Firefox, Safari, Opera en Google Chrome. De een werkt beter op een Mac dan op een PC.
Als je een website maakt dan leg je vooraf de specificaties vast op welke browsers, en welke versie, de site minimaal goed op moet “draaien”. Dit is ook weer afhankelijk van jouw doelgroep. De website wordt getest op deze browsers. Daar kan nog veel tijd in gaan zitten (vaak door kleine onverklaarbare zaken).
CMS
CMS staat voor Content Management Systeem. Het is software waarmee je de website onderhoud.
Een CMS werkt met een inlogcode: gebruikersnaam en wachtwoord.
Het is door verschillende toegangsrollen te bepalen hoeveel je mag zien en doen in het CMS.
Dit is door de administrator (beheerder) van de site te bepalen. De administrator zelf heeft alle bevoegdheden.
Hoe een CMS eruit ziet is geheel afhankelijk van het platform dat je kiest.
Mijn voorkeur gaat uit naar WordPress omdat hier erg veel mogelijk is.
Maar er zijn er nog veel meer.
CSS
CSS staat voor Cascading Style Sheets.
Met een stylesheet document bepaal je de hele opmaak van een site.
Kleuren, fonts, opmaak, buttons, achtergrond, e.d. …. Alles staat erin.
Door deze stylesheet is het erg makkelijk veranderingen aan te brengen die vervolgens door de hele website te zien zijn. Moet de contactbutton blauw i.p.v. groen? Eenvoudig wat code veranderen in de stylesheet en de contactbutton is door de gehele website blauw.
Domein
Een domein is het adres op internet. De meest voorkomende in Nederland zijn .nl, .com, .eu of .info
De beschikbaarheid van een Nederlands domein kun je eenvoudig hier checken: sidn.nl
Maar er zijn nog veel meer domeinextensies mogelijk.
Per land maar ook met andere namen zoals bijvoorbeeld .online of .movie (bekijk ze hier )
Extensie
Het woord extensie is een algemene benaming die voor een type bestand wordt gebruikt.
Elke extensie is gekoppeld aan een bepaald programma. Het Operating Systeem op jouw computer weet door de extensie welk programma hij moet openen.
Voorbeeld van extensies zijn:.docx – Word, .html – Webpagina of .jpeg voor een image.
Een volledig overzicht staat hier: wikipedia.
Footer
Een footer is de onderkant van de webpagina en wordt vaak gebruikt als afsluiter.
Hier plaats je alleen tekst of je kiest voor buttons die naar een pagina verwijzen.
Denk aan contactgegevens, colofon, disclaimer, cookies, e.d.
Daarnaast kan de footer ook een sitemap bevatten.
Dit is niet alleen handig voor de gebruiker maar zorgt er tevens voor dat zoekengines de website goed vinden door deze trefwoorden.
Framework
Een framework is een software raamwerk met softwarecomponenten. Door programmeurs worden afspraken gemaakt hoe deze componenten gebruikt worden. Ze maken afspraken over o.a. code-standaarden.
Het technische framework wordt als eerste opgezet nadat het Interactie Ontwerp akkoord is.
Hier heb je namelijk geen vormgeving of content nodig.
Front-end
Dit is de voorkant van de website, hetgeen de gebruiker ziet als hij het internetadres heeft ingevuld. De achterkant van de website waar je hem beheert noem je de back-end.
Functioneel Ontwerp
Een functioneel ontwerp is de blauwdruk van je website. Bij mij gaat deze vaak samen met het Interactie Ontwerp.
In het Functioneel Ontwerp zie je het overzicht van alle verschillende soorten pagina’s binnen de website, worden deze beschreven of getoond met gewenste functionaliteiten, zie je de verschillende content presentatievormen en worden de afhankelijkheden met andere software benoemd.
Ik maak van het Functioneel Ontwerp een wireframe en tevens een klikmodel. Hierdoor kun je de website “voelen”. Onduidelijkheden, hiaten of andere problemen komen zo snel naar voren.
Header
De top van de site, helemaal bovenaan.
In de top laat je meestal een logo, contactgegevens, een zoekmogelijkheid, o.i.d. zien.
De top op de home kan verschillen t.o.v. de rest van de pagina’s.
Je kunt er zelfs voor kiezen om de top per hoofdonderdeel anders te laten zijn.
Hosting
“De website komt op de server van een hostingpartij te staan”.
Een server is een speciale computer die een immense capaciteit heeft. Hier staan meerdere websites op.
De hostingpartij zorgt er bijvoorbeeld voor dat deze server goed blijft draaien, er back-ups gemaakt worden, en hij snel is. Maar ook dat er een andere server beschikbaar is als deze server onverwachts uitvalt. Jouw site blijft dan gewoon online.
Je kunt ook kiezen voor “dedicated hosting”.
Jouw website is dan de enige die op deze server draait. Vooral van belang bij sites met veel bezoekers of sites die aan strenge beveiligingseisen moeten voldoen.
E-book ontvangen met daarin alle webtermen bij elkaar?
Vraag hem aan!